In 1958 moest Marcel Aertssen, de grootvader van Yves, zijn landbouwactiviteiten stop zetten voor de uitbreiding van het havengebied van Antwerpen. Hijzelf, met enkele andere inwoners van Oorderen, werden onteigend en moesten het dorp verlaten. Marcel bleef niet met de pakken zitten en startte grondwerken Aertssen Marcel op om te helpen bij de bouw van het havengebied. 60 jaar later is Aertssen Group uitgegroeid tot een internationale onderneming. Terra sprak met Yves Aertssen over de uitbreiding van Aertssen Group naar het Midden- Oosten.
Terra: Hoe hebben jullie de eerste stap naar het Midden-Oosten gezet?
Yves Aertssen: “Toen we in 2005 samen met Cordeel Group NV het Deurgangdok in Antwerpen afrondden, hadden we heel wat machinerie over. Van verschillende zware dumpers en kranen was hun bestemming nog niet gekend.” Tegelijk kwam de vraag van één van de grotere klanten van Aertssen Group om mee te helpen in een groot project in Qatar. Baggerbedrijf DEME zocht nog een onderaannemer voor het grondwerk van de nieuwe luchthaven: New Doha Airport.
Op de lokale markt vond DEME niet het gepaste bedrijf en daarom werd het Belgische bedrijf Aertssen ingeschakeld. “In 2006 werden heel wat machines overgevaren en enkele enthousiaste medewerkers vlogen over naar Qatar om daar te starten aan het eerste grote project in het Midden-Oosten. Ikzelf kwam net van school en werd meteen ook op het vliegtuig gezet naar Qatar. Het begin was moeilijk omdat je in een land komt waar je niets of niemand kent, maar via de juiste contacten zijn we toch op een vlotte manier kunnen starten.”
Terra: Hoe verliep het verhaal dan verder in het Midden-Oosten?
YA: Na het grondwerk in Qatar volgden er nog veel grotere projecten. Ons eerstvolgende project was de ontginning van een steengroeve in Oman. Die stenen waren nodig om de strekdammen van de nieuwe haven “Ras Laffan” af te werken. Elk 12 kilometer lang en maar liefst 120 meter breed. Op de site zelf werd ook 3.8 miljoen m³ grond verzet. Daarna volgden verschillende projecten in de golfstaten waar we tot vandaag nog actief zijn. In 2010 heeft ons kraanbedrijf ook de internationale stap gezet. Momenteel zijn ongeveer een 100-tal kranen en een 250 tal grondverzetmachines aan het werk in de golfstaten.
In 2006 werden heel wat machines overgevaren en enkele enthousiaste medewerkers vlogen over naar Qatar om daar te starten aan het eerste grote project in het midden-oosten.
Terra: Worden alle machines geïmporteerd uit België?
YA: In het begin werden alle machines van België naar het Midden-Oosten getransporteerd, maar momenteel kopen we alle machines bij lokale dealers. Dat maakt het transport makkelijker. De machines die daar nodig zijn, zijn bovendien een stuk groter zijn dan hier in België. Om een voorbeeld te geven: een graafmachine van 45 ton is in het Midden-Oosten klein materieel. Gemiddeld wordt er gewerkt met graafmachines van zo’n 90 tot 120 ton. Het specifiek ombouwen van graafmachines naar long reach gebeurt wel nog door Belgische en Nederlandse bedrijven.
Terra: Doet ook de moderne technologie de intrede in het Midden-Oosten?
YA: Door de strengere emissienormen in Europa doet de intrede van de moderne dieselmotor zich toch eerst voor in Europa. Dat zorgt er voor dat we minder en minder voertuigen van hier kunnen verschepen naar het Midden-Oosten. De motoren zijn niet aangepast aan de extremere omstandigheden. Vaak zijn de injectoren de eerste die sneuvelen onder de droge, warme en stoffige omstandigheden en dieselkwaliteit. De voertuigen daar zijn uitgerust met extra luchtfilters en extra radiatoren. Het aandeel van machines die uitgerust zijn met GPS- en 3D-technieken is ook een stuk minder in het Midden-Oosten dan hier, maar daarvoor hebben we zelf een pioniersrol opgenomen in de regio.
Terra: Zijn er veel verschillen tussen een werf in het Midden-Oosten en een werf in België?
YA: Het verschil met een werf in het Midden-Oosten is enorm. Velen denken ook dat de standaarden daar lager liggen, maar niets is minder waar. Voor grote infrastructuurwerken stelt de klant een PMC of een Project Management Consultant kantoor aan. Dit zijn vaak Amerikaanse of Europese kantoren die de algemene leiding van het project op zich nemen. Ze leggen strenge procedures op rond milieu, veiligheid en kwaliteit waar je je als aannemer moet aan houden. De voorbereiding neemt vaak maanden in beslag omdat verschillende procedures tot in het detail uitgewerkt worden. Tijdens de werken worden alle aspecten gecontroleerd via verschillende interne en externe controles.
Terra: Lukt het altijd om het juiste personeel te vinden voor internationale projecten?
YA: Voor de opstart vertrouwden we vaak op Belgische werknemers die voor enkele jaren naar het Midden-Oosten trokken. Naarmate we langer actief waren in het Midden-Oosten zijn er meerdere nationaliteiten aan de slag gegaan bij Aertssen Group. Ondertussen zijn er meer dan 30 nationaliteiten werkzaam voor ons bedrijf. Het is moeilijker geworden om mensen uit onze regio te vinden die voor lange tijd in het buitenland actief willen zijn. Momenteel is ongeveer één op de tien werknemers Europees. Dit zijn vaak ingenieurs, werfleiders en assistent werfleiders. We hebben ook twee machine instructeurs om verschillende machines uit te leggen aan lokale arbeiders.
Terra: Hoe zal de toekomst voor Aertssen Group in het Midden-Oosten er uitzien?
YA: De laatste jaren is het op geopolitiek vlak wat moeilijker, een voorbeeld hiervan is de spanningen tussen Iran en Saudi Arabië. Dit zorgt toch voor de nodige onzekerheden op vlak van investeringen en dat voelen we momenteel wel. Toch investeren we nog sterk in de regio. Dit jaar hebben we een nieuw kantoorgebouw geopend in Abu Dhabi met een extra werkplaats. Het gebouw is gebouwd met Belgische bakstenen om de gevel van ons hoofdkantoor in Stabroek te reconstrueren. We blijven ook naar naar andere landen en continenten kijken, zo hebben we in 2017 voet gezet in Afrika met een project in Marokko. Stap voor stap zetten we onze internationale expansie voort.